Onwerkelijkheid

25 oktober 2021 - Amman, Jordanië

Zelden was reizen voor mij onwerkelijker dan nu. De wereld brandt, en toch heb ik een dag lang kunnen genieten en ervaren wat die wereld te bieden heeft. Met een mengeling van emoties beweeg ik mij door de wereld die Jordanië heet en die duidelijk anders is dan de onze. De voor mij onleesbare reclame- en andere borden die het straatbeeld sieren. De bijna volledig zandkleurige bebouwing die soms verdwijnt in het even zandkleurige decor. De palmbomen en olijfstruiken die vol overtuiging trachten om het soms dorre landschap een pover idee van vruchtbaarheid te schenken. De typische winkeltjes waarvoor een onlogisch assortiment aan koopwaar wordt uitgestald van allerhande plastic gebruiksvoorwerpen in de meest felle kleurschakeringen. Allemaal verschijnselen, de één wat subtieler dan de ander, die erop wijzen dat ik echt niet meer in Nederland ben. Of zelfs in Europa. En tegelijk zo herkenbaar dat het voelt als thuiskomen in een omgeving waarnaar ik anderhalf jaar met pieken en dalen heb verlangd. Zo nu en dan borrelen uit het niets emoties op bij het besef dat ik toch echt daar ben waar ik nu ben.

De reisdag van gisteren verliep redelijk vlot, ondanks alle extra te nemen hobbels als gevolg van de pandemie. Het geploeter met geprinte formulieren gaf wat extra ongemak op de luchthavens, maar uiteindelijk werd ik toegelaten tot de vlucht en tot Jordanië. Tijdens alle doorgelopen controleprocedures is overigens geen enkele keer naar het certificaat van mijn PCR-test gevraagd. Eenmaal geland op de luchthaven van de Jordaanse hoofdstad Amman was de stad al in dikke duisternis gehuld en vanuit het vliegtuig werden we onthaald met een zee van straatverlichting. In de avond arriveren op een onbekende bestemming heeft iets bijzonders. Je weet waar je geografisch bent maar je kunt tot de volgende dag vrijwel niets zien van de wereld waarin je terecht bent gekomen. Des te specialer is het om wakker te worden in een nieuwe wereld.

Vandaag begon met een paar relatief korte bezoekjes aan bijzondere plekken in Amman. De stad is op zich niet heel bezoekenswaardig, maar heeft in het centrum een paar plekken die de moeite waard zijn. De stad heeft een aantal inwoners dat, afhankelijk van de bron, fluctueert tussen vier en zes miljoen. Aangezien Jordanië in totaal ruim onder de tien miljoen inwoners heeft is het snel berekend dat minstens de helft daarvan in de hoofdstad woont. De stad was tot minder dan een eeuw geleden niet veel meer dan een dorp, maar sinds de eerste Jordaanse koning Abdullah I dit dorp tot hoofdstad van zijn nieuwe koninkrijk – aanvankelijk emiraat onder Brits toezicht – uitriep groeide het dorp uit tot een van de grotere steden in het Midden-Oosten. Het is zeker geen Caïro, een stad waar, voor zover ik mij kan herinneren, absoluut geen enkele rust is te vinden. De sfeer is relatief rustig en ingetogen, vooral vanwege de verrassende afwezigheid van overbodig claxonneren. Het verkeer daarentegen is onnavolgbaar chaotisch, maar in dat opzicht niet anders dan andere Aziatische steden.

Amman ligt in een sterk heuvelachtig gebied, waardoor delen van de stad tegen steile hellingen lijken geplakt. De huizen en andere gebouwen golven als het ware langs de heuveltoppen over het landschap. Veruit de meeste huizen hebben dezelfde lichte zandkleur, waardoor de stad uiterlijk een zekere standvastige harmonie uitstraalt. Tussen de gebouwen slingeren de autowegen van helling naar helling, soms strak de vormen van de heuvels volgend en soms de dalen overspannend via bruggen en viaducten. Vanaf de citadel van de stad, waar enkele opgravingen te vinden zijn van de Grieks-Romeinse stad die hier lang geleden lag, is het uitzicht over de lichtgekleurde massa indrukwekkend.

Na Amman volgt een korte rit in noordelijke richting, naar een andere antieke stad: Jerash. De bus slingert langs en over de bergen, die in dit deel van Jordanië het landschap bepalen. Het lijkt alsof de wegenbouwers bij de aanleg van de wegen besloten hebben om het gebruik van haarspeldbochten tot een minimum te beperken. Daardoor duiken de wegen soms wat abrupt een peilloos lijkende diepte in of klimmen met een gevaarlijk stijgingspercentage tegen de heuvels op. Dat Jerash op amper een half uurtje rijden van de grens met Syrië ligt is op geen enkele manier merkbaar. Jordanië is wat dat betreft een oase in een wereld van geweld en conflict.

Jerash is een verrassing. Ik ben zelf niet snel onder de indruk van archeologische vindplaatsen. Vaak heb ik teveel fantasie nodig om een idee te krijgen van hoe een tot aan de grond ingestorte stad eruit heeft gezien. De achtergebleven resten geven te weinig houvast om een realistische voorstelling te maken, ook al trachten wetenschappers soms met een minimum aan informatie een volledige stad theoretisch uit de grond te stampen. Ik loop dan doorgaans wat verdwaasd rond en probeer datgene wat ik zie zo goed en zo kwaad als het kan te duiden. Mijn verwachting van Jerash kwam daardoor niet veel verder dan een bescheiden nieuwsgierigheid.

Maar alleen al de omvang van de stad bleek ronduit indrukwekkend. Daarnaast bleken grote delen van de restanten nog overeind te staan. Of op zijn minst recent overeind gezet om beter in staat te zijn om de bezoeker te overdonderen. Lange rijen met pilaren waarop kunstig bewerkte Korinthische en Ionische kapitelen pronken tegen de strakblauwe lucht. Gedetailleerde Byzantijnse mozaïeken wisselen de Hellenistische en Romeinse theaters, markten en door pilaren geflankeerde straten af. Jordanië is een land dat een bijna eindeloze geschiedenis van bezetting kent. Moabieten, Edomieten, Sassanidische Perzen, Grieken, Romeinen, Byzantijnen, Islamitische Ummayaden, om er enkelen te noemen. Elk volk en rijk heeft zijn eigen cultuur over de Jordaanse wereld uitgestrooid. Jerash is hiervan één van de nog meest zichtbare producten. Een fascinerende plek om uren rond te dwalen, totdat de brandende zon elke lust om nog een stap te verzetten wegneemt. Want de zon doet hard zijn best om mij te laten vergeten dat het al eind oktober is.

Deze eerste dag in Jordanië was er één van nieuwe maar welkome indrukken. Het voelt al bijna niet meer vreemd om deze reis te maken. Het programma is vol en het tempo hoog. Maar het voelt vooral goed om weer te reizen, om weer rond te lopen met een fotocamera in de hand op zoek naar bijzondere onderwerpen om vast te leggen. En na een dag is het gevoel van onwerkelijkheid al heel sterk en snel aan het vervagen. Zo eenvoudig past een mens zich aan.